Agentschap onroerend erfgoed brengt verborgen oorlogsresten in het directeur-generaal willemspark in kaart
Afgelopen maanden werden in het Directeur-Generaal Willemspark in Heist grootschalige natuurherstelwerken uitgevoerd, met als doel het herstel van duinen door het verwijderen van woekerplanten. De werken worden gecoördineerd door het Agentschap voor Natuur en Bos, en kaderen in een Europees project met de naam LIFE DUNIAS. Wie opgroeide in Heist zal evenwel niet verbaasd zijn dat bij de graafwerken ook oorlogsresten werden aangetroffen. Archeologen van het agentschap Onroerend Erfgoed volgden de werken van nabij op, brachten alles in kaart en maken van de gelegenheid gebruik om het verleden van het park nieuw leven in te blazen.
Geschutsbatterijen Freya & Augusta uit WO I
Het huidige Directeur-Generaal Willemspark in Heist is een duingebied van zo’n 20 hectare groot, dat wonderbaarlijk gespaard werd tussen de dichte bebouwing van Heist en Duinbergen. In de Eerste Wereldoorlog bouwde het Duitse leger er twee zware geschutsbatterijen, “Freya” en “Augusta” genaamd. Deze batterijen bestonden uit kanonnen, observatiebunkers, manschappenverblijven en allerhande loopgraven en versperringen. Na de oorlog werden de meeste van deze structuren afgebroken.
Stützpunkt Heyst uit WO II
Een aantal resterende constructies uit de Eerste Wereldoorlog werden 35 jaar later gerecupereerd door de Duitse troepen, die het Willemspark andermaal ombouwden tot een militair bolwerk - het zogenaamde “Stützpunkt Heyst”. De bouw hiervan startte in 1942 en werd vanaf 1943 een onderdeel van de Atlantikwall, die een eventuele geallieerde invasie op de kust moest opvangen. Op basis van luchtfoto’s, beschrijvingen van verzetsmensen en naoorlogse opmetingen kan een beeld gevormd worden van dit omvangrijke Duitse steunpunt, dat naar verluidt uit een zestigtal constructies bestond in alle maten en gewichten, van kleine munitiebunkers tot grote manschappenverblijven. Al deze constructies maakten deel uit van een netwerk van versperringen, loopgraven en betonwegen – aan zeezijde lagen zware geschutsopstellingen en een antitankmuur, aan landzijde kon er bevoorraad worden via de tramlijn. Kortom: Stützpunkt Heyst was een nagenoeg onneembare vesting.
Intacte bunkers van één meter dik gewapend beton
Vandaag is er weinig dat nog herinnert aan dit duistere oorlogsverleden. Maar schijn bedriegt, want in de grond is nog heel wat bewaard. Zo werden bij de graafwerken in kader van het LIFE DUNIAS-project drie volledig intacte bunkers aangetroffen, afgedekt met amper enkele tientallen centimeters grond. Alle drie deze bunkers zijn van het type VF2a, dit zijn ‘lichtere’ bunkers die bestaan uit slechts één kamer. Aan de buitenzijde meten deze bunkers 6 op 7 meter, muren en dak bestaan uit één meter dik gewapend beton. De toegang tot de bunker bevindt zich haaks op de ingang van de kamer, in een gang die enkele meters verder uitsteekt. Naast deze bunkers werden ook twee bakstenen loopgraven, een fragment van een betonbaan en een waterput onderzocht. Het is zo goed als zeker dat er nog meer oorlogsconstructies bewaard zijn in de ondergrond van het park, maar die werden niet geraakt door de werken en daarom niet verder archeologisch onderzocht. Restanten uit de eerste wereldoorlog werden jammer genoeg niet aangetroffen.
Grote bergen puin met daartussen gebruiksvoorwerpen en zelfs munitie
Minstens even indrukwekkend waren de grote bergen puin die tevoorschijn kwamen bij de graafwerken, het restant van de vele afbraakwerken. Tussen dat puin: gebruiksvoorwerpen uit de oorlog, resten van waterleidingen, bekabeling en sporadisch zelfs munitie. Deze puinhopen illustreren treffend de vroegere verwoede pogingen om het oorlogsverleden van het park volledig weg te wissen. De lichtere structuren werden afgebroken en tot puin herleid, terwijl zwaardere bunkers afgedekt werden met een laagje grond en verstopt, alsof ze nooit hadden bestaan.
Oorlogsresten met erfgoedwaarde blijven voor toekomst bewaard
Vandaag is de visie ten aanzien van deze oorlogsresten gelukkig enigszins veranderd. Mooi of lelijk, ze zijn in sterke mate bepalend voor het uitzicht van het hedendaagse duinenlandschap en maken onlosmakelijk deel uit van ons collectieve verleden. Niemand betwist nog dat oorlogsresten een erfgoedwaarde hebben, wat evenwel niet betekent dat elke baksteen uit de oorlog per se behouden moet blijven. LIFE DUNIAS wil hierbij alvast een voorbeeld zijn en aantonen dat de natuurherstelwerken niet gepaard hoeven te gaan met afbraak van de resterende oorlogsresten: na grondige registratie werd alles terug afgedekt met zand, waardoor het voor de toekomst bewaard blijft.
Meer info:
Sam De Decker, archeoloog (Agentschap Onroerend Erfgoed), 0473 94 39 37, sam.dedecker@vlaanderen.be
Debby Deconinck, communicatieverantwoordelijke LIFE DUNIAS (Agentschap voor Natuur en Bos), 0471 33 43 60, debby.deconinck@vlaanderen.be
www.natuurenbos.be/life-dunias